In ‘Op weg met de Bhagavad Gita’ start hoofdstuk 10 met de volgende inleiding: Degene die Mij kent als ongeboren en zonder begin, als de machtige God van de wereld, heeft illusie overwonnen en zichzelf bevrijd van alle kwaad. Krishna biedt nu een nieuw inzicht in zijn goddelijke openbaring en zijn verschijning op aarde in tal […]
Hoofdstuk 11 – De kosmische spiegel
In ‘Op weg met de Bhagavad Gita’ start hoofdstuk 11 met de volgende inleiding: Arjuna heeft een intens verlangen om de vorm van God te zien. Nadat al zijn twijfels zijn weggenomen door de zuiverheid van de goddelijke kennis, geeft Krishna hem het goddelijke gezichtsvermogen. Daarmee kan Arjuna zien dat Hij het gehele universum is met […]
Hoofdstuk 12 – De yoga van devotie
In ‘Op weg met de Bhagavad Gita’ start hoofdstuk 12 met de volgende inleiding: Arjuna is na het zien van Krishna in Zijn kosmische vorm zo door liefde voor God overmand, dat hij alleen nog maar met Hem verenigd wil worden. Hij vraagt Krishna of het beter is God in Zijn fysieke vorm of als het […]
Hoofdstuk 13 – De kenner van het veld
In ‘Op weg met de Bhagavad Gita’ start hoofdstuk 13 met de volgende inleiding: Hoewel Arjuna het goddelijke bewustzijn heeft verkregen door het aanschouwen van de ware gedaante van God en zijn hart overloopt van liefde voor God, is er nog steeds een gevoel van afgescheidenheid. Hier gaat Krishna op door. Hij spreekt over de hoogste […]
Hoofdstuk 14 – De kosmische dansers
In ‘Op weg met de Bhagavad Gita’ start hoofdstuk 14 met de volgende inleiding: Krishna onthult nu het geheim waarmee we zowel in het aardse als in het spirituele leven succes kunnen hebben, door ons inzicht te geven in de drie natuurlijke geaardheden, de guna’s. Dit zijn de drie geaardheden waaruit de hele schepping, dus ook […]
Hoofdstuk 15 – De levensboom
In ‘Op weg met de Bhagavad Gita’ start hoofdstuk 15 met de volgende inleiding: Krachtig verklaart Krishna dat Hij de bron is van alles en om ons dit beter te laten begrijpen, schetst Hij een beeld van het hele universum. We worden meegenomen naar deze begrensde wereld (prakriti) en de bron die haar in stand houdt […]
Hoofdstuk 16 – Licht en duisternis
In ‘Op weg met de Bhagavad Gita’ start hoofdstuk 16 met de volgende inleiding: Hier zien we dat Krishna praktisch wordt. We streven allemaal naar het hogere, maar vragen ons af: ‘Hoe moet ik dat doen? Hoe kan ik dat ervaren? Hoe moet ik leven?’ In dit hoofdstuk laat Krishna zien welke eigenschappen we moeten ontwikkelen […]
Hoofdstuk 17 – Perfect evenwicht
In ‘Op weg met de Bhagavad Gita’ start hoofdstuk 17 met de volgende inleiding: O wijze Arjuna, er is geen geloof onder de mensen dat geen invloed ondervindt van goedheid, hartstocht en duisternis. Krishna praat in dit hoofdstuk over offeren, liefdadigheid, ascese en natuurlijk over geloof (shraddha). Wat is het belang van geloof in ons leven? […]
Hoofdstuk 18 – De kosmische cyclus
In ‘Op weg met de Bhagavad Gita’ start hoofdstuk 18 met de volgende inleiding: O Arjuna, er zijn drie vormen van verzaking. Aan het slot van Zijn goddelijke dialoog met Arjuna, vat Krishna Zijn verhandeling samen. De belangrijkste boodschap is dat we het goddelijke kunnen bereiken door onze plicht in het leven vanuit liefde, met onthechting […]